
■ Wekker
U kunt instellen dat op een bepaald tijdstip een waarschuwingstoon klinkt. Selecteer
Menu
>
Organiser
>
Wekker
.
Als u de wekker wilt instellen, selecteert u
Wektijd
en voert u het gewenste tijdstip in. Als u het alarmtijdstip
wilt wijzigen nadat dit is ingesteld, selecteert u
Aan
.
Selecteer
Alarm herhalen
om in te stellen dat op geselecteerde dagen van de week een alarmtoon moet klinken.
Selecteer
Alarmtoon
om de alarmtoon te selecteren of een radiozender als alarmtoon in te stellen. Als u de
radio als alarmtoon selecteert, moet u de hoofdtelefoon op de telefoon aansluiten. De radiozender waarnaar u
als laatste hebt geluisterd, wordt als alarmsignaal gebruikt en het alarm wordt via de luidsprekers afgespeeld.
Als u de hoofdtelefoon verwijdert of de telefoon uitschakelt, wordt in plaats van de radio de
standaardalarmtoon afgespeeld.
Als u een time-out voor de snoozefunctie wilt instellen, selecteert u
Time-out snoozefunctie
en de gewenste
tijd.
Het alarm stoppen
Er klinkt een alarmtoon, de tekst
Alarm!
knippert en de huidige tijd wordt op het scherm weergegeven, ook als
de telefoon uitgeschakeld is. Als u het alarm wilt stoppen, selecteert u
Stoppen
. Als u de alarmtoon een minuut
lang laat klinken of
Snooze
selecteert, wordt de alarmtoon onderbroken voor de tijd die u hebt ingesteld in
Time-out snoozefunctie
, en vervolgens weer hervat.
Als het tijdstip voor het alarmsignaal is aangebroken terwijl het apparaat is uitgeschakeld, schakelt het apparaat zichzelf in
en wordt het waarschuwingssignaal afgespeeld. Als u
Stoppen
selecteert, wordt gevraagd of het apparaat moet worden
geactiveerd voor oproepen. Selecteer
Nee
als u het apparaat wilt uitschakelen of
Ja
als u het apparaat wilt gebruiken om te

94
Copyright
© 2006 Nokia. All rights reserved.
bellen en gebeld te worden. Selecteer
Ja
niet wanneer het gebruik van draadloze telefoons storingen of gevaar kan
opleveren.