■ Berichtinstellingen
Algemene instellingen
Algemene instellingen gelden voor tekst- en multimediaberichten.
53
Copyright
© 2006 Nokia. All rights reserved.
Selecteer
Menu
>
Berichten
>
Bericht-instellingen
>
Algemene instellingen
en daarna een van de volgende
opties:
Verz. berichten opslaan
>
Ja
— als u wilt instellen dat verzonden berichten moeten worden opgeslagen in de
map
Verzonden items
.
Overschr. in Verz. items
>
Toegestaan
— om in te stellen dat oude berichten worden overschreven door nieuwe
berichten wanneer het berichtengeheugen vol is. Deze instelling wordt alleen weergegeven als u
Verz.
berichten opslaan
>
Ja
instelt.
Lettergrootte
— om de lettergrootte in te stellen die voor berichten moet worden gebruikt.
Grafische smileys
>
Ja
— als u op tekens gebaseerde smileys wilt vervangen door grafische smileys.
Tekstberichten
De tekstberichtinstellingen hebben invloed op de wijze waarop SMS- en e-mailberichten worden verzonden,
ontvangen en weergegeven.
Selecteer
Menu
>
Berichten
>
Bericht-instellingen
>
Tekstberichten
en daarna een van de volgende opties:
Afleveringsrapporten
>
Ja
— om het netwerk te vragen afleveringsrapporten van uw berichten te verzenden
(netwerkdienst).
Berichtencentrales
>
Centrale toevoegen
— om het telefoonnummer en de naam in te stellen van de
berichtencentrale voor het verzenden van tekstberichten. Dit nummer krijgt u van uw serviceprovider.
Berichtencentrale in gebr.
— om de berichtencentrale te selecteren die u gebruikt.
E-mailberichtencentrales
>
Centrale toevoegen
— om het telefoonnummer en de naam in te stellen van de
berichtencentrale voor het verzenden van e-mailberichten.
E-mailcentrale in gebruik
— om de e-mailcentrale te selecteren die u gebruikt.
Geldigheid van berichten
— om in te stellen hoe lang het netwerk moet proberen uw bericht af te leveren.
Berichten verzenden als
— om de indeling van de te verzenden berichten in te stellen:
Tekst
,
Semafoonoproep
of
Fax
(netwerkdienst).
54
Copyright
© 2006 Nokia. All rights reserved.
Packet-gegev. gebruiken
>
Ja
— om GPRS in te stellen als de gewenste SMS-drager.
Tekenondersteuning
>
Volledig
— om in te stellen dat alle tekens in de verstuurde berichten zichtbaar zijn. Als u
Beperkt
selecteert, worden tekens met accenten en andere markeringen mogelijk geconverteerd naar andere
tekens. Wanneer u een bericht schrijft, kunt u een voorbeeld weergeven om te controleren hoe het bericht er
voor de ontvanger zal uitzien. Zie
SMS-berichten invoeren en verzenden
op pagina
35
.
Antw. via zelfde centrale
>
Ja
— om de ontvanger van uw bericht de mogelijkheid te bieden om u via dezelfde
berichtencentrale een antwoord toe te sturen (netwerkdienst).
Multimediaberichten
De berichtinstellingen hebben invloed op de wijze waarop de multimediaberichten worden verzonden,
ontvangen en weergegeven.
Het is mogelijk dat u de configuratie-instellingen voor multimediaberichten ontvangt als configuratiebericht.
Zie
Dienst voor configuratie-instellingen
op pagina
15
. U kunt de instellingen ook handmatig invoeren. Zie
Configuratie
op pagina
78
.
Selecteer
Menu
>
Berichten
>
Bericht-instellingen
>
Multimediaberichten
en daarna een van de volgende
opties:
Afleveringsrapporten
>
Ja
— om het netwerk te vragen afleveringsrapporten van uw berichten te verzenden
(netwerkdienst).
Afb.formaat (multimedia)
— om de afbeeldingsgrootte in multimediaberichten in te stellen. Voordat het bericht
wordt verzonden, worden de afbeeldingen verkleind naar de geselecteerde grootte.
Standaard timing dia's
— om de standaardtijd te selecteren tussen dia's in multimediaberichten.
Ontv. multimed. toestaan
— als u het multimediabericht wilt ontvangen of blokkeren, selecteert u
Ja
of
Nee
. Als
u
In eigen netwerk
selecteert, kunt u geen multimediaberichten ontvangen wanneer u zich buiten het bereik
van uw eigen netwerk bevindt. Doorgaans is
In eigen netwerk
de standaardinstelling van de
multimediaberichtendienst. De beschikbaarheid van dit menu is afhankelijk van de telefoon.
55
Copyright
© 2006 Nokia. All rights reserved.
Ink. multimediaberichten
— om in te stellen dat multimediaberichten automatisch of handmatig na
bevestiging worden ontvangen of worden geweigerd. Deze instelling wordt niet weergegeven als de optie
Ontv.
multimed. toestaan
is ingesteld op
Nee
.
Advertenties toestaan
— om advertenties te ontvangen of te weigeren. Deze instelling wordt niet weergegeven
als de optie
Ontv. multimed. toestaan
is ingesteld op
Nee
of
Ink. multimediaberichten
is ingesteld op
Weigeren
.
Configuratie-instellingen
>
Configuratie
— er worden alleen configuraties weergegeven die
multimediaberichten ondersteunen. Selecteer een serviceprovider,
Standaard
of
Persoonlijke configuratie
voor
multimediaberichten. Selecteer
Account
en selecteer een account voor multimediaberichten die is opgenomen
in de actieve configuratie-instellingen.
Emailberichten
De instellingen hebben invloed op de wijze waarop emailberichten worden verzonden, ontvangen en
weergegeven.
Het is mogelijk dat u de configuratie-instellingen voor de emailtoepassing ontvangt als configuratiebericht. Zie
Dienst voor configuratie-instellingen
op pagina
15
. U kunt de instellingen ook handmatig invoeren. Zie
Configuratie
op pagina
78
.
U kunt de instellingen voor de emailtoepassing activeren door
Menu
>
Berichten
>
Bericht-instellingen
>
E-
mailberichten
te selecteren en vervolgens een van de volgende opties te kiezen:
Configuratie
— selecteer de set die u wilt activeren.
Account
— selecteer een account die door de serviceprovider wordt verstrekt.
Mijn mailnaam
— voer uw naam of alias in.
E-mailadres
— voer uw emailadres in.
Ondertekening bijvoegen
— u kunt een handtekening definiëren die automatisch aan het einde van uw
emailbericht moet worden toegevoegd wanneer u het bericht invoert.
Antwoordadres
— voer het emailadres in waarnaar de antwoorden moeten worden verzonden.
56
Copyright
© 2006 Nokia. All rights reserved.
SMTP-gebruikersnaam
— voer de naam in die u voor uitgaande e-mailberichten wilt gebruiken.
SMTP-wachtwoord
— voer de naam in die u voor uitgaande e-mailberichten wilt gebruiken.
Terminalvenster tonen
>
Ja
— als u een handmatige gebruikersverificatie voor intranetverbindingen wilt
uitvoeren.
Type inkomende server
>
POP3
of
IMAP4
— selecteer het type emailsysteem dat u gebruikt. Als beiden typen
worden ondersteunt, selecteert u
IMAP4
.
Inkom. mailinstellingen
— selecteer de beschikbare opties voor
POP3
of
IMAP4
.
57
Copyright
© 2006 Nokia. All rights reserved.